Persbericht

Raad Buitenlandse Zaken van 12 december: Conclusies

Vandaag, maandag 12 december, heeft minister van Buitenlandse Zaken, Europese Zaken en Buitenlandse Handel Hadja Lahbib deelgenomen aan de Raad Buitenlandse Zaken van de Europese Unie, die in Brussel werd gehouden.

 

Oekraïne

De Raad kreeg de kans om, enkele dagen voor de Europese Raad, de balans op te maken van alle aspecten van het Europese beleid vis-à-vis Oekraïne. De Oekraïense minister van Buitenlandse Zaken, Dmytro Kuleba, was bij een deel van de discussie aanwezig via videoconferentie. Hij gaf een overzicht van de huidige situatie in Oekraïne en herinnerde aan de nood aan militaire en humanitaire bijstand na de Russische aanvallen op vitale infrastructuur.

Minister Lahbib: “Ons land zal Oekraïne blijven steunen zolang het nodig is. Zeker nu de winter begint en veel mensen geen elektriciteit of warm water hebben na de voortdurende Russische aanvallen op kritieke infrastructuur, moeten en zullen we hulp blijven bieden. België heeft al intussen al voor 222 miljoen euro vrijgemaakt voor Oekraïne, waaronder ruim 60 miljoen aan humanitaire hulp.”

De Raad is vandaag ook overeengekomen de technische werkzaamheden voort te zetten om over enkele dagen de laatste hand te leggen aan een negende reeks sancties, met nog meer namen van personen en banken op de sanctielijst, meer economische maatregelen en meer vormen van exportcontroles en -verboden.

"België steunt dit negende sanctiepakket. We zijn ervan overtuigd dat de sancties doeltreffend zijn en de Russische oorlogsmachine verder verzwakken. Niettemin moeten we ervoor zorgen dat sancties niet kunnen worden omzeild en de Russische economie harder blijven treffen dan de onze", aldus minister Lahbib.

Voor ons land is het van het grootste belang dat er gerechtigheid komt voor de misdaden die in Oekraïne zijn gepleegd. De strijd tegen straffeloosheid is één van de topprioriteiten van ons land. België is daarom van mening dat de vervolging van het misdrijf agressie via internationale strafrechtelijke procedures de beste manier is om vooruitgang te boeken. Er moet een oplossing worden gevonden die werkt binnen het bestaande multilaterale kader en die wereldwijde steun geniet.

 

Iran

De Raad boog zich daarna over de situatie in Iran. Ons land volgt met grote bezorgdheid de bloedige onderdrukking van vreedzame manifestaties in Iran, en de aangekondigde en al uitgevoerde executies op demonstranten. Minister Lahbib : « Ik veroordeel met klem de wrede executie van Mohsen Shekari en, gisteren nog, van Majid Reza Rahnavard. Twee jonge mensen die door het regime omgebracht werden omdat ze, net als vele andere Iraniërs, manifesteerden om hun legitieme rechten gerespecteerd te zien. Ook is het geweld waarmee de demonstranten – inclusief minderjarigen – worden neergeslagen,  schokkend en zeer verontrustend.”

België steunt de vreedzame betogingen en is daarom voor de derde maand op rij één van de initiatiefnemers van nieuwe sancties van de Raad tegen Iran – voor mensenrechtenschendingen en voor wapenleveringen aan Rusland.

België kaartte op de Raad ook opnieuw de arrestaties aan van Europese burgers in Iran, onder wie de Belg Olivier Vandecasteele. “We hebben sinds de eerste dag van zijn detentie in al onze contacten op het hoogste niveau en met alle middelen die we ter beschikking hebben zijn vrijlating geëist, en dat blijven we ook doen. De willekeurige arrestaties zijn onaanvaardbaar”, aldus minister Lahbib.

Tenslotte, wat het Amerikaanse voorstel betreft om Iran uit te sluiten uit de Commission on the Status of Women van de Verenigde Naties, is België verheugd dat de Europese lidstaten van de overkoepelende Economische en Sociale Raad van de VN (ECOSOC) samen hebben beslist vóór te stemmen. “Het gaat om een vraag van de Iraanse burgermaatschappij. Het is essentieel dat we hen als Europese Unie onze volledige steun toezeggen en een positief signaal sturen”, aldus minister Lahbib.