Ontmoeting met H.E. Donika Gërvalla, vicepremier en minister van Buitenlandse Zaken van de Republiek Kosovo
Vandaag, woensdag 30 juni, heeft de vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès haar Kosovaarse ambtgenote ontvangen, mevrouw Donika Gërvalla, bij haar bezoek aan ons land. Beide ministers hadden het onder meer over de hervormingsplannen van de nieuwe Kosovaarse regering, de relaties met de EU en de Belgrado-Pristina dialoog.
Allereerst verwelkomde de vicepremier de prioriteiten van de nieuwe regering met het oog op de door Kosovo gewenste EU-integratie. “België is ingenomen met het hervormingsplan voor justitie dat de Kosovaarse regering heeft voorgesteld, waarin de belangrijkste uitdagingen op vlak van de rechtsstaat en de strijd tegen corruptie worden geschetst en concrete stappen worden voorgesteld om deze aan te pakken. Ons land is ook verheugd dat de regering heeft aangekondigd dat de rechtsstaat, de economie en de werkgelegenheid tot haar belangrijkste prioriteiten behoren”, aldus Sophie Wilmès.
België steunt het onderhouden van goede relaties tussen de EU en Kosovo en wijst erop dat het huidige associatieakkoord al kansen biedt om substantiële vooruitgang te boeken in het hervormingsproces om te beantwoorden aan de Europese vereisten. Europese integratie kan ook alleen nadat de dialoog Belgrado-Pristina tot een goed einde is gekomen. Pro memorie: Sinds Kosovo zich in 2008 onafhankelijk verklaarde van Servië, bemiddelt de EU tussen Belgrado en Pristina om tot een duurzame oplossing te komen voor de spanningen tussen beide landen. De aanstelling van de speciale EU Gezant Miroslav Lajcak (april 2020) gaf de dialoog een nieuw élan. Sophie Wilmès: “België steunt de missie van Speciaal Gezant Lajcak ten volle. Ons land wil onderstrepen hoe belangrijk het is dat beide landen loyaal deelnemen aan deze dialoog, hun toezeggingen gestand doen en concreet vooruitgang boeken in het normaliseren van hun relaties.”
Tot slot hadden de ministers het nog over gendergelijkheid en de manieren om ze te bevorderen, met name bij de toegang tot de werkvloer. Minister Wilmès benadrukte tot slot ook nog het belang van de Conventie van Istanbul, ter preventie en ter bestrijding van geweld tegen vrouwen en huiselijk geweld.