Plenaire vergadering van donderdag 18 november 2021: mondelinge vragen
Mondelinge vraag over de schermutselingen tussen Armeense en Azerbeidzjaanse strijdkrachten
Enkel het gesproken woord telt
Op 15 en 16 november waren er schermutselingen tussen Armeense en Azerbeidzjaanse strijdkrachten langs hun grens. Toen we effectief samenzaten voor de bespreking van de algemene beleidsnota.
De partijen geven elkaar de schuld voor deze confrontaties, die de grootste zijn sinds het akkoord over het staakt-het-vuren op 9 november 2020. Zoals u weet, zijn er sinds afgelopen mei verschillende gewelddadige confrontaties geweest in de regio.
Voor de internationale gemeenschap is het moeilijk om een duidelijk beeld te krijgen van de situatie. Volgens de informatie die de autoriteiten aan beide zijden hebben verstrekt, zijn er verschillende slachtoffers.
De covoorzitters van de groep van Minsk hebben onmiddellijk opgeroepen tot de-escalatie, naleving van het akkoord van 9 november en tot hervatting van de onderhandelingen.
Na contacten tussen de Russische minister van Defensie Shoygu en zijn Armeense en Azerbeidzjaanse ambtgenoten werd tussen beide partijen een overeenkomst bereikt om de vijandelijkheden op 16 november om 18.30 uur plaatselijke tijd te beëindigen.
De Russische president had over deze kwestie ook telefonisch contact met de eerste minister van Armenië en de president van Azerbeidzjan.
Ons land veroordeelt deze confrontaties en roept de partijen op tot de-escalatie. Zoals ik dinsdag in de commissie heb gezegd, is het noodzakelijk om terug te keren naar de onderhandelingstafel en te werken aan een duurzame vrede. De verschillende onopgeloste kwesties, zoals de afbakening en demarcatie van de grens tussen Armenië en Azerbeidzjan, die dateert uit het Sovjettijdperk, moeten dringend worden aangepakt.
Ook de Europese Unie heeft een rol te spelen. De voorzitter van de Europese Raad, Charles Michel, heeft zowel de Armeense eerste minister als de Azerbeidzjaanse president in een telefoongesprek opgeroepen tot een de-escalatie, en tot bemiddeling.
De top van het Oostelijk Partnerschap op 15 december in Brussel zal, hopelijk, ook een gelegenheid zijn om de directe dialoog tussen de twee landen te bevorderen.
Ik dank u.