Persbericht

Informele Raad van de Ministers van Buitenlandse Zaken: Handel van 31 oktober - conclusies

Gisteren en vandaag, zondag 30 en maandag 31 oktober, ontmoetten de EU-ministers van Buitenlandse Handel elkaar op uitnodiging van het Tsjechische voorzitterschap in Praag voor een informele Raad Buitenlandse Zaken: Handel. 

  • Geostrategisch belang van Handel

De Raad boog zich allereerst over de rol van het EU-handelsbeleid in de context van de schokken en crises waarin we ons de laatste jaren bevinden. De opeenvolgende crises en de bedreigingen voor onze economie tonen aan dat de EU dringend haar afhankelijkheden moet identificeren, die reduceren en haar handelsbetrekkingen met partners zoals de Indo-Pacific, Latijns-Amerika, maar ook Afrika verder ontwikkelen. De akkoorden die de voorbije jaren zijn gesloten met bijvoorbeeld Japan, Zuid-Korea of Canada zijn zeer belangrijk gebleken voor onze bedrijven en de diversificatie van onze toeleveringsketens. Zo is door het CETA-akkoord de Belgische export naar Canada tussen 2016 en 2021 meer dan verdubbeld. 

Hadja Lahbib: “België pleit voor een ambitieus handelsbeleid dat open staat voor nieuwe opportuniteiten, assertief is in het verdedigen van de eigen belangen en dat inzet op de duurzaamheid van onze handelsrelaties. Dat laatste is voor ons van groot belang: het gaat over het implementeren van de sociale en milieunormen die we belangrijk vinden, maar ook over het garanderen van een gelijk speelveld. De wereld is veranderd, onze manier van handel drijven ook.” 

  • Transatlantische relaties

Tijdens de lunch wisselden de ministers met de Amerikaanse handelsgezant Katherine Tai van gedachten over de trans-Atlantische betrekkingen met het oog op de komende bijeenkomst van de Raad voor Handel en Technologie (TTC), waarvan België concrete resultaten wil zien. 

Ons land steunt de TTC, waardoor we op een positieve en concrete manier kunnen onderhandelen met een van onze belangrijkste handelspartners. Dit forum, dat uitwisselingen met de Verenigde Staten over handels- en technologievraagstukken mogelijk maakt, moet ook het risico verminderen dat nieuwe handelsgeschillen ontstaan waar niemand bij gebaat is. In Praag riep minister Lahbib ook op een definitieve oplossing te vinden voor het geschil rond staal en aluminium.

Minister Lahbib vestigde ook de aandacht van haar Amerikaanse collega op de mogelijk schadelijke gevolgen van de onlangs in de VS aangenomen Inflation Reduction Act (IRA), die bedoeld is om een overgang naar groene energie te bevorderen. Bepaalde van de bepalingen van de IRA die lokale productie bevoordelen zijn in strijd met het non-discriminatiebeginsel van de WTO en kunnen directe gevolgen hebben voor Europese bedrijven. Als onze Europese productie niet langer naar de VS kan worden geëxporteerd of daar een concurrentienadeel ondervindt, lopen we het risico dat een aantal bedrijven uit Europa wegtrekt naar de andere kant van de Atlantische Oceaan. 

“Als onze Europese productie niet langer naar de VS kan worden geëxporteerd of daar een concurrentienadeel ondervindt, lopen we het risico dat een aantal bedrijven uit Europa wegtrekt en zich aan de andere kant van de Atlantische Oceaan vestigt.”

  • E-commerce

Tot slot besprak de Raad de ontwikkeling van de digitale handel en de regels daarvoor. Als open economie en exportland is België voorstander van akkoorden die eerlijke en duidelijke regels inzake elektronische handel creëren. Deze overeenkomsten bieden rechtszekerheid, transparantie en voorspelbaarheid voor onze ondernemingen en in het bijzonder onze KMO's. België steunt dan ook ten volle alle initiatieven, discussies en akkoorden die de Europese Commissie op dit gebied ontwikkelt, met name in de WTO. Ons land steunt namelijk het initiatief voor een gezamenlijke verklaring over e-commerce, waarover momenteel door 87 WTO-leden wordt onderhandeld. 

"De digitale sector evolueert razendsnel. Daarom moeten we ervoor zorgen dat onze normen, waarden en standaarden niet worden ondermijnd”, aldus minister Lahbib.  "Europa mag niet het enige continent zijn zonder digitale reus en mag niet toestaan dat andere mogendheden onbeperkt de gegevens van zijn burgers controleren. We moeten het juiste evenwicht vinden tussen bescherming en innovatie en vooral een klimaat scheppen dat bevorderlijk is voor vruchtbare intra-Europese samenwerking om de Europese kampioenen van morgen voort te brengen."

© SPF Affaires Etrangères