Tussenkomst van België voor het EUHJ om de LGBTQI+ rechten in Hongarije te verdedigen
Het Publicatieblad van de EU publiceert vandaag een samenvatting van het verzoekschrift dat op 19 december 2022 door de Europese Commissie bij het Hof van Justitie van de Europese Unie werd ingediend tegen Hongarije. Dit beroep betreft een nationale wetgeving die mensen discrimineert op grond van hun seksuele geaardheid en genderidentiteit.
Volgens de Commissie schendt de Hongraase wet enkele regels van de interne markt, de grondrechten van personen (met name LGBTQI+ personen) en de waarden van de EU. Die wet inzake "strengere maatregelen tegen pedofiele daders en tot wijziging van bepaalde wetten ter bescherming van kinderen" bepaalt dat inhoud die "afwijkende identiteit van het geslacht bij geboorte, geslachtsverandering of homoseksualiteit voorstelt of promoot” verboden wordt voor personen jonger dan 18 jaar.
De verwijzing van Hongarije naar het Hof van Justitie van de EU is de volgende stap in de inbreukprocedure die de Commissie op 15 juli 2021 tegen Hongarije heeft ingeleid. Naar aanleiding van de stemming van deze Hongaarse wet namen op 22 juni 2021 zo’n 18 Europese lidstaten op Belgisch initiatief een gezamenlijke verklaring aan waarin zij hun bezorgdheid uitspraken over deze Hongaarse amendementen die – onder het mom van kinderbescherming - LGBTQI+ personen discrimineren en het recht op vrije meningsuiting schenden. De lidstaten veroordeelden de wetgeving als een flagrante vorm van discriminatie en stigmatisering van LGBTQI+ personen. De wetgeving is ook duidelijk in strijd met de vrijheid van meningsuiting die is vastgelegd in het Handvest van de grondrechten van de EU. De gezamenlijke verklaring riep de Europese Commissie op alle mogelijke acties te ondernemen om de naleving van de Europese wetten te waarborgen, met inbegrip van het inschakelen van het EU Hof van Justitie. Deze inschakeling is nu een feit.
Een tussenkomst van België in dit beroep voor het Hof is dan ook een logische opvolging van de verklaring van 2021. Bovendien is de bestrijding van discriminatie op basis van seksuele oriëntatie, genderidentiteit en -expressie en seksuele karakteristieken (SOGIESC) een prioriteit in het Belgisch binnenlands en buitenlands beleid. In mei 2022 gaf de federale Ministerraad zijn akkoord nog aan het nieuwe, derde nationale actieplan getiteld "Voor een LGBTQI+ friendly Belgium". Eén van de operationele doelstellingen in dit plan is op internationaal en Europees niveau het voortouw nemen m.b.t. de rechten van LGBTQI+ personen.
Met de bekendmaking van de rechtszaak in het Publicatieblad van de EU, kan België het Hof van Justitie van de EU verzoeken om aan de procedure deel te nemen. In haar tussenkomst voor het Hof zal België de Europese Commissie ondersteunen, de bezorgdheden in haar verklaring van 2021 herhalen en de rechten van LGBTQI+ gemeenschap verdedigen.
Minister van Europese Zaken Lahbib: “De strijd tegen discriminatie op grond van seksuele geaardheid, genderidentiteit en -expressie is voor ons land altijd een prioriteit geweest. We stellen vast dat de rechten van de LGBTQI+ gemeenschap op veel plaatsen toenemend onder druk staan, ook binnen Europa. Dat werd ons vorige week nogmaals duidelijk gemaakt tijdens een meeting met onder meer mensenrechten-ngo’s, die op mijn vraag is georganiseerd tijdens mijn bezoek aan Hongarije. Het is een zorgwekkende trend, die gekeerd moet worden. Daarom zal België – nadat het de zaak internationaal op de agenda zette – nu ook voor het Europees Hof van Justitie tussenkomen om de rechten van LGBTQI+ personen te verdedigen. Ons land heeft de vaste ambitie om zowel nationaal als internationaal een voortrekkersrol te blijven spelen.”