Persbericht

Buitengewone Raad van de ministers van Buitenlandse Zaken van 4 maart: conclusies

Vandaag, vrijdag 4 maart heeft vice-eersteminister en minister van Buitenlandse Zaken Sophie Wilmès met haar Europese ambtgenoten deelgenomen aan een Buitengewone Raad Buitenlandse Zaken (RBZ) om de situatie in Oekraïne op te volgen. Deze vergadering werd uitgebreid met de Amerikaanse, Britse en Canadese partners, vertegenwoordigd door dhr. Anthony Blinken, mevr. Liz Truss en mevr. Mélanie Joly. De secretaris-generaal van de NAVO, Jens Stoltenberg, was ook aanwezig. Tijdens de gedachtewisseling heeft de minister van Buitenlandse Zaken van Oekraïne, dhr. Dmytro Kuleba, het woord genomen via videoconferentie.

De bijeenkomst bood een meerderheid van de deelnemers de gelegenheid om de gedachtewisseling die vanochtend op NAVO-niveau was georganiseerd, voort te zetten. België had de gelegenheid om zijn belangrijkste boodschappen te herhalen met betrekking tot de eenheid en de belangrijke coördinatie van de partners in deze crisis, de grote solidariteit met Oekraïne en de noodzaak om maximale druk op Rusland te blijven uitoefenen. Wat dit laatste punt betreft, verwelkomt België de sterke sancties tegen Rusland en zijn bondgenoot Belarus die door de Europese partners reeds zeer snel werden genomen. Ons land staat open voor nieuwe maatregelen om de sancties nog verder aan te scherpen.

Een aandachtspunt is de aankondiging van een overeenkomst tussen Rusland en Oekraïne over het organiseren van humanitaire corridors. De details van de implementatie zijn in dit stadium nog niet bekend. Sophie Wilmès: "De humanitaire corridors moeten de levering van voedsel aan de Oekraïners mogelijk maken, maar moeten ook bijdragen tot het creëren van een veilige doorgang voor landgenoten die Oekraïne wensen te verlaten. De corridors moeten zo snel mogelijk gerealiseerd worden. Zodra dat het geval is, zullen we onder Europese partners zo goed mogelijk moeten coördineren opdat het efficiënt verloopt.”

De vicepremier benadrukte ook dat we naast het conflict getuige zijn van een confrontatie van waarden en samenlevingsmodellen. In dit verband moeten er permanente contacten worden onderhouden tussen de 141 landen die woensdag de VN-resolutie (ES/11/1) hebben gesteund. Ook riep ze op tot een concreet plan, uitgewerkt door de Europese Commissie, om de Russische propagandastrategie tegen te gaan – niet alleen hier maar vooral ook onder de Russische bevolking.